In 1904 wordt in de Zwolse wijk Assendorp, de Assendorper Voetbal Club, opgericht. Uit AVC komt Volharding voort, daaruit Sallandia en daaruit weer Ende Desespereert Nimmer. Dit betekend: ‘Wanhoop nooit’. In 1906 werd Prins Hendrik opgericht; de club speelde op een terrein naast de theetuin Thijssen. Twee jaar later trad PH toe tot de bond, de NVB. De club Ende Desespereert Nimmer promoveerde in 1910 naar de NVB. PH bungelde onderaan de ranglijst. Het kwam tot een fusie.
De oprichtingsdatum 1910
Op 12 juni, in Hotel Koenders op de Grote Markt te Zwolle, besloten de twee voetbalverenigingen te fuseren. EDN en PH voegden zich tot PEC de ‘Prins Hendrik Ende Desespereert Nimmer Combinatie’. Men dacht gezamenlijk meer kans te maken om te overleven in de 2e klasse van de NVB. De vereniging kreeg ook een atletiek afdeling.
De nieuwe club, spelend op het terrein van Theetuin Thijssen, eindigde in zijn eerste seizoen 1910/1911 op de tweede plaats in de 2e Klasse C. De eerste twee decennia van haar bestaan speelde PEC onafgebroken in de 2e Klasse. In de 1e wereldoorlog van 1914 tot 1918 werd een geïmproviseerde voetbalcompetitie gespeeld. Vele jongemannen waren opgeroepen voor de militaire dienst. Nederland was neutraal maar ondervond aan de grens de gevolgen van duizenden vluchtende Belgen. ‘Hoogtepunt’ was het kampioenschap van de club in 1916/1917 waarmee een plaats in de promotiecompetitie werd afgedwongen. In deze competitie eindigde U.D. bovenaan met vier punten en Hertog Hendrik onderaan met één punt. P.E.C. en P.W. eindigden beide met drie punten op de tweede plek. In de periode 1920/1925 leunde PEC vooral op een hechte defensie. In deze vijf jaren was de achterhoede vooral thuis een onneembare vesting.
1924: Verhitte sfeer in Zwolle.
In 1923 verhuisde PEC naar Sportpark De Vrolijkheid, een terrein genoemd naar de aanpalende uitspanning. Een jaar later ronselde de club de complete middenlinie van Zwolsche Boys, hetgeen de gemoederen in de stad danig verhitte en bijdroeg tot een ongezonde rivaliteit ter plaatse. In het seizoen 1927/1928 draaide PEC volop mee in de bekercompetitie. De 1e ronde werd overgeslagen en in de volgende werd er uit in Dieren gewonnen van Theothorne met 2-7. In de 3e ronde werd Geel Zwart, eveneens een 2e klasse club, in Enschede verslagen met 1-4. In de 4e ronde werd het gerenommeerde GVAV, uitkomend in de 1e klasse Noord ontvangen en met 7-1 naar huis gestuurd. Na een vrijgestelde tussenronde is PEC gastheer van 1e klasser Be Quick eveneens uit Groningen. Ook Be Quick krijgt een pak slaag met 6-2 en langzamerhand is PEC, met 24 goals voor en 6 goals tegen, dat beker seizoen een sensatie. Enschedese Boys ook uitkomend in de 1e klasse ontvangt PEC en ook zij zijn niet bestand tegen de groen-witte formatie en werden nipt met 0-1 verslagen. Nu wacht in de halve finale een andere sensatie dat jaar, de Rotterdamse Charloisse Voetbalvereniging CVV uitkomend in 2e klasse . Er wordt gespeeld op neutraal terrein Monnikenhuize te Arnhem. Ook CVV wordt met 5-1 van de mat gespeeld.
NVB Beker Finale 1928
Op 17 juni 1928 werd de bekerfinale afgewerkt tegen RCH in Hilversum. Zo’n vierhonderd toeschouwers reizen af naar het Gemeentelijk Sportpark voor de finale tussen RCH en PEC. Vanaf de aftrap kiest de Zwolse tweedeklasser de aanval. Kansen levert het wel op, maar gescoord wordt er niet. Hoe anders is dat aan de andere kant. RCH is nog nauwelijks in de buurt van het Zwolse doel geweest als de 1-0 achter De Bont ligt. Na een corner raakt Zwollenaar v/d Bend de bal verkeerd en hij verschalkt daarmee zijn eigen doelman.
Na de pauze, gesteund door de harde wind, zetten de Zwollenaren de tegenstander opnieuw met de rug tegen de muur. Keeper Kos behoedt de Haarlemmers echter voor een tegentreffer. RCH probeert ondertussen gevaarlijk te worden in de counter en heeft daarmee succes als PEC-keeper De Bont een bal van Hanze per ongeluk tegen het net stompt, in plaats van terug het veld in. Het blijkt de beslissing, hoewel PEC onverdroten doorgaat met het zoeken naar de aansluitingstreffer in het restant van het duel. PEC scoort weliswaar twee keer in deze eindstrijd, maar is daar na afloop niet al te blij mee.
Het bekerseizoen 1927/1928 is een voorlopig hoogtepunt in de historie van de vereniging. De revelatie PEC mag echter trots zijn op het behaalde resultaat. Het heeft naam gemaakt tot ver over de regio Oost. Overigens in datzelfde jaar was stadgenoot Z.A.C., met de legendarische Beb Bakhuys, kampioen van Oost-Nederland geworden en mocht het aan de landelijke kampioenscompetitie deelnemen. Kortom Zwolle in het middelpunt van de nationale voetbalwereld.
NVB bekerwinnaar en zicht op de 1e klasse.
Gezien de prestaties in het bekertoernooi is er veel vertrouwen in de selectie seizoen 1928/1929 . Dat is terecht want de club werd wederom kampioen van de 2e klasse en mag opnieuw spelen voor een definitieve promotie. Het werd een clash tegen Enschedese Boys en NEC. Na vier wedstrijden staan drie teams gelijk en moet er een halve competitie worden gespeeld op neutraal terrein.
Verkapte betalingen.
In 1935 wisselden PEC en Zwolsche Boys van accommodatie. Sportpark De Vrolijkheid werd de basis voor de Boys en PEC speelden vervolgens in het Gemeentelijk Sportpark. Er lag een omvangrijk omkoopschandaal aan ten grondslag waarin de verhuurder, graszoden, valse rekeningen en knoeierij met spelerscontracten en amateurbepalingen een rol spelen. Een rekening van graszoden zou een dekmantel zijn geweest voor zwarte betalingen van PEC aan contractspelers. Toen de Zwolsche Boys hun intrek op De Vrolijkheid hadden genomen, schotelde de verhuurder hen een aanzienlijke reductie op de huurprijs voor.
Door het verplaatsen van de Centrale Werkplaats van de Nederlandse Spoorwegen naar Haarlem raakt P.E.C. enkele prominente spelers kwijt. Zo vertrekken keeper Jos de Bont (11 jaar eerste elftal), Huub Pallandt (11 jaar eerste elftal), Barend de Groot (14 jaar eerste elftal), Jan Manni (11 jaar eerste elftal) en Frits Kuijer (7 jaar eerste elftal). Daarnaast vertrekt sterspeler Lulof Heetjans (eerste international van P.E.C.), wegens werkloosheid, naar Hengelo.
Clubicoon Lulof Heetjans: Eerste PEC speler in het Oranje.
Lulof (“Junne”) Heetjans is geboren te Zwolle op 27 maart 1916. De jeugdige tiener speelde zijn eerste wedstrijd voor PEC in 1931 op 15 jarige leeftijd. Hij was 20 jaar toen hij debuteerde voor het Nederlands elftal in de interland tegen Duitsland. Duitsland – Nederland (2-2) werd gespeeld op 31 januari 1937 in het Rheinstadion te Düsseldorf terwijl de Duitse vlag met Swastika boven het stadion wappert en de 2e wereldoorlog zich al aankondigt. Hoewel iedereen wel wist hoe de regering van Adolf Hitler dacht over joden en andere minderheidsgroepen drukte de bondsbestuurder Karel Lotsy de ontmoeting erdoor.
In het voorjaar van 1989 verhaalt Lulof over deze beladen wedstrijd. In een interview met sportjournalist Matty Verkamman verteld hij eigenlijk achteraf spijt te hebben deze wedstrijd te hebben gespeeld. “Het was één groot nazi-spektakel met hakenkruizen en het dubieuze Duitse volkslied.” Terug naar de zomer van 1937 waar Heetjans, met zijn net behaalde MTS diploma elektrotechniek, kon werken bij Hazemeijer te Hengelo. Hij besloot een contract bij HVV Tubantia te tekenen waar hij uiteindelijk ook zijn carrière afsloot. Lulof is op 4 februari 1998 overleden in Hengelo op 81 jarige leeftijd.
1940/1945: Voetballen tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Vanaf oktober 1941 royeren vrijwel alle Nederlandse voetbalclubs, op last van de bezetter, hun Joodse leden. Clubs die weigeren NSB’ers aan te nemen, alleen PEC Zwolle en Unitas uit Gorinchem durven dit, worden door de Duitsers ontbonden. Van beide clubs vertrekt een prominent lid naar een concentratiekamp. Clubsecretaris Peters van PEC Zwolle gaat naar Kamp Vught, terwijl Huub Sterkenburg van Unitas in een buitenlands concentratiekamp de dood vindt. Uiteindelijk zouden er acht PEC Zwolle spelers om het leven komen door de oorlog. Dat zijn G. de Groot, N.M. Koper, C. Masseus, M. Veterman, J. Veterman, E. Veterman, M. Veterman en H. Zilverberg.
Op 22 juni 1941 werd er een extra voetbalwedstrijd gespeeld op neutraal terrein van AGOVV in Apeldoorn tussen PEC in gestreepte shirts en Vitesse uit Arnhem met als inzet promotie naar de eerste klasse. Het ging erg goed met P.E.C. en het verslaat Vitesse met 2-1, en verovert daarmee een plaats in de 1e klasse. Opnames van de wedstrijd zijn afkomstig uit het archief van Beeld en Geluid waarbij zeer veel publiek aanwezig is. Het is erg warm en veel toeschouwers hebben een geknoopt zakdoek op het hoofd. Na het eindsignaal bestormen juichende supporters het veld.
Er volgen vier jaren op het hoogste plateau van het Nederlandse voetbal. Vier jaren ’topvoetbal’ tijdens de 2e wereldoorlog, terwijl het leven allengs beroerder werd, is een vreemd gegeven. Toch was het voor velen even een vlucht uit een beroerd bestaan. Een vorm van saamhorigheid en ontspanning langs het sportveld. Op de onderzoek site Voetbalmonument.nl zijn verenigingen en haar leden terug te vinden die het slachtoffer van de Duitse tirannie waren. N.B. In 2020 werd de oorlogsveteraan Leo Major door PEC Zwolle geëerd. Ter nagedachtenis en als eerbetoon aan de helden van de bevrijding werden alle wedstrijden in dat seizoen gespeeld met de naam van Leo Major en met de Canadese en Zwolse vlag in de kraag van de shirts. Meer over deze markante persoonlijkheid valt te lezen op de website: ‘In de Buurt’.
Nederland is bevrijd en kijkt weer vooruit.
Het is het seizoen 1945/1946 als PEC weer een stap terug maakt en voor langere tijd in de 2e klasse speelt. Twee jaar 1947/1948 werd de club alweer kampioen, maar de promotiewedstrijden waren P.E.C. te machtig en zo zat de 1e klasse er nog niet in. Er volgen acht jaren waarin de Zwolsche formatie geen potten weet te breken en in de middenmoot eindigt.
In het seizoen 1954/1955 werd PEC voor de tiende keer kampioen van de 2e Klasse. De Zwolsche ploeg leek ruim voor het einde van de competitie fluitend naar het kampioenschap te wandelen. Het werd echter toch nog billen knijpen door een paar onverwachte zeperds. Met nog twee wedstrijden te gaan is vv Emmen de laatste horde en met een 3-1 winst kon de vlag in top. Voor de derde maal in het bestaan maakt de club de stap naar de 1e klasse. De selectie piekt hiermee op het juiste moment, zo blijkt later, want het gonst van de geruchten over betaaldvoetbal in Nederland. Profvoetbal was in de rest van Europa al heel gewoon en zorgde voor een leegloop van prominente Nederlandse spelers die de grens over trokken op weg naar het grote geld.
Van amateurstatus naar een profavontuur.
Rondom 1953/1954 was er een conflict gaande tussen de KNVB en een ”wilde voetbalbond. Deze NBVB propageerde betaaldvoetbal in tegenstelling tot Zeist. De geest was uit de fles en de KNVB dreigde haar monopolie te verliezen. Er werd een compromis bereikt tussen de beide kemphanen en de inmiddels gestarte ‘wilde’ profcompetitie werd stilgelegd. Onder de paraplu van de KNVB konden verenigingen onder voorwaarde een proflicentie aanvragen. Belangrijkste eisen: spelen in de 1e klasse, 50.000 gulden bankgarantie en accommodatie waardig. Op 23 februari 1955 nam het PEC bestuur het besluit om een licentie aan te vragen en een betaald-voetbalorganisatie (BVO) te worden. Het grote avontuur begint in het seizoen 1955/1956 toen er twee hoofdklassen bestonden en drie 1e klassen. Voor de KNVB was het de eerste jaren zoeken naar een juiste verdeling van clubs dit om het kaf van het koren te scheiden.
De dans om sportterrein De Vrolijkheid.
De historie van Sportpark De Vrolijkheid vernoemd naar het nabijgelegen café is verstrengeld met PEC en Zwolsche Boys en met het gemeentelijk sportpark. De clubs verruilen regelmatig van locatie en hebben twee periodes gebruikgemaakt van de zelfde velden. PEC strijkt hier als eerste neer in 1923 en bij de promotie in 1929 wordt de eerste tribune in gebruik genomen met 500 plaatsen. Omdat PEC in 1935 verhuist naar het nieuwe gemeentelijk sportpark neemt Zwolsche Boys in 1935 de plek van PEC over op De Vrolijkheid. In 1947 is er door de promotie van die club weer 1e klasse voetbal te zien op het terrein. De tribune is dan inmiddels verdwenen, zodat er jarenlang geen overdekte zitplaatsen aanwezig zijn. Vanaf 1958 trekt Zwolsche Boys in bij PEC op het gemeentelijk sportpark, maar dat zint die laatste club weer niet, zodat PEC besluit de Vrolijkheid aan te kopen. Met een grondige opknapbeurt en een nieuwe tribune, die bovenop het door Zwolsche Boys neergezette clubhuis werd gebouwd, is de accommodatie weer helemaal als nieuw. Tien seizoenen speelt PEC hier vervolgens.
In het seizoen 1956/1957 voerde de KNVB een nieuw poulesysteem in met een eredivisie, twee 1e divisies en twee 2e divisies. Vijftien seizoenen maakte PEC-deel uit van de 2e divisie, vooral in de middenmoot en menigmaal in felle strijd met stadgenoot Zwolsche Boys. Met de Boys ging het aan het eind van de jaren zestig bergafwaarts. In 1969 zag Zwolsche Boys zich genoodzaakt om vrijwillig terug te keren naar de amateurs. Met een gemiddelde toeschouwers aantal van rond de 2500 was het sappelen voor de penningmeester. Een spijtige conclusie, zeker voor het onderlinge treffen waar vele supporters weken lang naar uitkeken. PEC wist zich met de overname van een aantal spelers van de aartsrivaal te versterken.
Clubicoon Joop Schuman: Doelpunten op heuphoogte.
Joop Schuman, geboren op 6 januari 1934 te Zwolle, debuteerde in 1949 op zestien jarige leeftijd bij PEC. Hij maakte al snel naam als afmaker en scoorde aan de lopende band. In die eerste Zwolle periode die tot 1964 duurde, eindigde de teller op 84 doelpunten. Zijn goede prestaties bleven niet onopgemerkt en dit leverde hem een transfer op naar Duitsland. Voor een som van 50.000 gulden, wat heel veel geld was in die tijd, vertrok hij naar Preussen Münster. Joop speelde daar net over de grens van 1956 tot en met 1957. Joop vond voetbal eigenlijk maar bijzaak en twijfelde lang over zijn toekomst. Kennelijk devalueerde hij in waarde want in 1957 plukte Heracles hem voor 538 gulden weg. Daar kwam Joop weer op stoom en reeds in het eerste seizoen scoorde hij het formidabele aantal van 42 goals. Onder aanvoering van het legendarische spitsenduo Joop Schuman en de Zuid-Afrikaan Steve Mokone werd Heracles in 1958 kampioen in de 2e divisie. Schuman wist zelfs in één wedstrijd zesmaal het net van de tegenstander te vinden. In 1960 maakte EBOH uit Dordrecht kennis met de scoringsdrift van Joop en verliest met 11-0.
Schuman was een spits pur sang, een afmaker. Daar was het spel van Heracles ook op afgestemd. De ballen gingen vanuit het middenveld naar de vleugelspitsen Isie Greving en Dick Reekers. Schuman had vooral voorkeur voor ballen op ‘melkbussenhoogte’. Daar wist hij wel raad mee. Aan het begin van het seizoen 1961/1962 was Schuman nog gepolst door Ajax om naar Amsterdam te komen. Heracles vroeg een te hoog bedrag. Joop bleef en werd topscorer aller tijden van het betaaldvoetbal door maar liefst 47 goals te scoren in dat jaar en wordt gefeliciteerd met o.a. een bloemetje. Heracles promoveerde naar de eredivisie. Schuman speelde uiteindelijk zeven seizoenen voor Heracles waarin hij begon in de 2e divisie B en in het seizoen 1963/1964 eindigde in de Eredivisie. Als waardering is in het Polman Stadion van Heracles de oostelijke tribune naar hem vernoemd. Midvoor Joop Schuman speelde na Heracles, nog drie seizoenen bij zijn oude club P.E.C. In totaal heeft Schuman 338 doelpunten in het betaalde voetbal op zijn naam staan. Op 13 september 2003 werd bekendgemaakt dat Schuman na een lang ziekbed was overleden in het Sophia Ziekenhuis te Zwolle.
Clubicoon Leo Koopman: Midvoor op de juiste plek.
Leo Koopman geboren te Raalte op 2 juli 1935 droeg in zijn jeugd het geelrode shirt van Rohda de club uit zijn geboorteplaats. Vervolgens stond hij van 1957 tot 1966 onder contract bij PEC. Leo Koopman was een aanvaller en met 129 competitiedoelpunten is hij topscorer van PEC aller tijden. Slechts eenmaal in die periode wist Koopman in een seizoen de tien treffers niet te halen. ,,Ja, die titel, dat is toch wel het eerste waar ik aan herinnerd word.” Met rechts, met links of met het hoofd, voor het maken van doelpunten bleek Koopman al vroeg aanleg te hebben. Zelf leerde hij het voetballen als klein jochie, toen hij van fietsbanden en elastiek een bal maakte. Talloze keren schopte hij die afwisselend met links en rechts tegen de varkensschuur, vlakbij zijn ouderlijk huis. Op weg naar school dribbelde hij, twaalf jaar oud inmiddels, dagelijks door het weiland. Echte uitschieters had Koopman niet, maar de clubtrouw van Koopman maakte dat hij het record in handen heeft. ,,Volgens mij zat ik zo rond de vijftien en soms twintig treffers per seizoen.”
Het spreken over vroeger bij PEC, brengt Joop in gedachte terug bij de uitwedstrijden, waarbij ook de spelersvrouwen werden uitgenodigd. De familiesfeer waren in de ogen van Joop een hoogtepunt ongeacht winst of verlies. Sigaren kwamen zoals dat gewoon was op tafel en er werd gedronken. “Een ontzettende gezellige tijd die zorgde voor een eenheid binnen het elftal. Joop beschrijft zich als een meedenkende voetballer ook zonder bal. “Als de tegenpartij in de aanval was, dan keek ik al om me heen waar de ruimte lag. Ook hield ik in de gaten waar mijn medespelers en tegenstanders liepen. Als we de bal dan veroverden wist ik al wat ik moest doen.”
Speciaal zijn de voetbalderby’s, zoals de IJsselclash bij de Zwolse en Deventer supporters of de stadskraker in de jaren vijftig met rivaal Zwolsche Boys. “Dat waren nog eens wedstrijden waar de spelers en omgeving warm van werden. Er stond altijd heel wat op het spel. De hectiek tussen onze club en de Zwolsche Boys was enorm, herinnert Koopman zich. Rondom het veld stonden de mensen in rijen dik.” na afloop van zijn carrière bleef Leo, PEC Zwolle nog altijd volgen. Net als overigens Rohda uit Raalte, zijn eerste grote liefde waar het ooit begon. Leo Koopman is overleden op 20 augustus 2019 in zijn geboortedorp en werd 84 jaar.
PEC werd in het seizoen 1970/1971 tweede in de 2e Divisie, hetgeen rechtstreekse promotie betekende. Besloten werd de plaatsnaam aan de clubnaam toe te voegen: PEC werd PEC Zwolle. Clubrecords in het betaald voetbal: Grootste overwinning in 1955/1956 PEC – De Valk 8-0 evenals de grootste thuis nederlaag 2-8 tegen AGOVV. De grootste uit nederlaag is in Friesland, Leeuwarden – PEC 9-0 in 1956/1957. Met dank voor aanvullende informatie van PECinthedays