
Het Helmondia van 1916 was vanzelfsprekend een arme straatclub. De eerste bruine knikker een afdankertje, de eerste kleedkamer lag in een droge sloot en het eerste voetbalterrein was een ‘gekraakt’ lapje heidegrond. Tegen alle eenvoud in, besloten een groepje jongens uit de arbeidersbuurt rondom de Heistraat honderd jaar geleden om, Helmondia op te richten. Ze werden “De club van de klomp en de schoen”, zoals ze in de volksmond werden genoemd. Overdag wordt hard gewerkt en in de schaarse vrije tijd gevoetbald.
Helmondia speelde bij de Rooms Katholieke Federatie (RKF) en werd kampioen in de 2e klasse. Het eerste dieptepunt volgde razendsnel. In 1928 bleek de kampioen van drie jaar terug op sterven na dood. Net als veel andere Helmondse clubjes dreigt ook Helmondia rond 1930 door geldproblemen een stille dood te sterven. Dit wordt op het nippertje echter voorkomen.

In de periode 1929-1931 speelde Helmondia zelfs in geen enkele competitie. De eer van het rooms-katholieke voetbal in Helmond, werd hoog gehouden door de jonge vereniging Kolping, genoemd naar priester Adolph Kolping. Pas in 1934 keerde Helmondia, met een bevlogen nieuwe voorzitter, nieuwe bestuursleden en nieuwe ambities, terug aan het front.

Uit het sportblad ‘De Zuid-Willemsvaart‘ van 21 augustus 1935 noteren we: ” Helmondia’s nieuwe terrein. Wat clubliefde tot stand kan brengen. We weten allemaal dat het oude terrein geen beste naam had. Het was een nogal ongelijke kaal stukje grond met plukken gras die zoo stug waren als kippengaas. Er werd een nieuwe terrein ingehuurd even verder de voetbaldijk op. Het hele terrein werd omgeploegd en opgehoogd en er zijn tientallen vrachtauto’s grond opgekomen. Vooral de egalisering met doormiddel van waterpas en lint is een knap stuk werk want het veld is zoo effen geworden als een biljartlaken. Het veld met zijn internationale afmetingen van 110 bij 73 meter maken een werkelijk grootschen indruk. De Helmondianen hopen bij ingebruikneming van den nieuwe grasmat op een overwinning tegen het sterke WVVZ. Aanvang onzen wedstrijd om half drie. Terrein Bakelscheweg. Ingang als voorheen. Good Luck, Rood- Zwarten ! Al in 1936 promoveerde de ploeg opnieuw naar de 2e klasse.

De Wereld stond stil in de dramatische jaren 1940/1945.
Vlak na de oorlog bereikte Helmondia de 1e klasse. Aan het einde van het seizoen 1946/1947 werd nipt degradatie ontlopen. Het lukte de club nauwelijks aan te haken op een hoger niveau. Er moest veelal worden gestreden tegen degradatie met uitzondering van de periode 1948/1949 toen er een mooie gedeelde derde plaats werd behaald.
1949. Bekerfinale: Hoogtepunt in de club geschiedenis.
Ook in de KNVB bekercompetitie laat Helmondia zijn kwaliteiten zien. Nadat achtereenvolgens uit bij Velox 1-1, uit bij Limburgia 1-4, uit bij NAC 1-1 en MVV thuis met 4-3 werd verslagen, eindigde in de kwartfinale opnieuw een uitduel gelijk nu tegen Willem II 1-1. Ter informatie: Bij een gelijke stand ging de uitspelende ploeg door naar de volgende ronde. De halve finale is nu bereikt en Helmondia prijkt op de sportpagina’s. Thuis wacht nu niet de minste tegenstander namelijk Fijenoord. Zij spelen in de 1e klasse en waren op een tweede plek geëindigd. Hoe zwaar dat is ? Lees het sportcommentaar een dag later.
Op 11 juni 1949 speelt Helmondia de KNVB bekerfinale tegen Quick Nijmegen. De Nijmeegse ploeg speelt in de 1e klasse Oost en was geëindigd in de middenmoot. De verwachtingen zijn hoog en reëel, gezien de afgelopen bekerresultaten maar het liep echter anders. In het PSV stadion was het voor 13.000 toeschouwers een aantrekkelijke wedstrijd. Na 90 minuten is het 1-1 en penalty’s gaan de beslissing brengen waarbij elk team er twee mag nemen. De Helmonders missen er één en sneuvelen nu in de strafschoppenserie. De teleurstelling is natuurlijk groot maar in het clubbestaan een prestatie van formaat.
Achteraf is de afgelopen periode een opleving geweest, want in 1950/1951 was er na jarenlange strijd dan toch degradatie. In 1951/1952 en in 1953/1954 werd Helmondia toch weer kampioen van de 2e Klasse. Een terugkeer naar het allerhoogste zat er echter voorlopig niet in. De kruiswedstrijden wist men niet te winnen en zo bleef alles zo als het was.

Inmiddels lonkt het betaaldvoetbal maar om daarvoor in aanmerking te komen moest de vereniging fuseren voor het verkrijgen van gemeentelijke steun. Helmondia was niet de enige plaatselijke club die het semi-profavontuur wel aan durfden. Pogingen om de verenigingen (Helmondia, Helmond, MULO en Kolping SDW) samen te voegen tot één sterke club mislukten maar uiteindelijk vinden in ieder geval Helmondia en Kolping elkaar. In juni 1955 ging de kogel door de kerk en er kwam een fusie en Sportclub Helmondia ’55 was een feit.

De vete tussen de KNVB en NBVB, over wel of niet betaaldvoetbal, werd in november 1954 bijgelegd. De eerste Nederlandse semi-profcompetitie kan beginnen. Voorwaarde was dat men in de 1e klasse diende te spelen.

Aan die voorwaarde werd als snel voldaan want Helmondia werd in 1955 kampioen van de 2e klasse zuid en voor het seizoen 1955/1956 ingedeeld in de 1e klasse C betaaldvoetbal. Dat gebeurde onder de nieuwe naam RKSC Helmondia ’55. Het werd een uitstekende jaar want met 2e plek, plaatste Helmondia zich direct voor de 1e divisie.


Deze bovenstaande koptekst prijkt in 1959 in het weekblad de Revue. Met een uitklapbare elftalfoto worden de Brabanders stevig in het zonnetje gezet. Inhoudelijk belicht het blad de situatie van de club. Sinds 1957 blijkt dat SC Helmondia na inventarisatie, met een toename van 600 leden, een der grootste sportclubs van Nederland te zijn. Mede door de fusie met Kolping, heeft het nu 2600 leden, waarvan er 2000 actief zijn binnen de vereniging. Toch is het niet allemaal even positief. De prestaties van de selectie lopen daarbij uit de pas zo zal de komende jaren blijken. Een meer dan onthutsende nederlaag lijdt Helmondia’55 tegen Xerxes in het seizoen 1956/1957. Notabene thuis voor 2500 toeschouwers kregen de boys met 1-6 klop. Zeker opvallend omdat de club op deze 10e maart op een verdienstelijk 4e plaats staat en Xerxes achtste.
Hennie Hollink, die aan het eind van het seizoen gaat vertrekken, scoort een eretreffer via een penalty. De spits van de club gaat getransfereerd worden naar Rapid JC voor 50.000 gulden. Langzaam maar zeker zakt de selectie verder weg. Helmondia’55 eindigt dat seizoen op een zevende plaats met een doelsaldo van 45 voor en 50 tegen in dertig wedstrijden. De zere plek is de achterhoede. Op 29 mei 1958 is het resultaat nog schraler namelijk 44 voor en 55 tegen met een vijfde plaats van onderen.

Aan het einde van het seizoen 1960/1961 speelt Helmondia’55 op 11 juni uit op de Dijk tegen Volendam. Volendam kan kampioen worden en Helmondia kon degraderen. Het wordt een verpletterende 7-0 nederlaag. Op de Dijk wordt door de ‘wijdbroeken’ het kampioenschap gevierd van de 1e Divisie. De pijnlijke Beelden van de 7-0 komen uit de privé collectie van Hennie Boersma. Ondanks een goede seizoen start is het eindresultaat teleurstellend en daalt de selectie af naar de 2e divisie.
1964: Een klein scharminkel komt op bezoek.
Op 24 oktober 1964 speelt Ajax met de zeventien jarige Johan Cruijff een vriendschappelijk duel op De Braak tegen de club voor 4.000 toeschouwers. Johan scoorde niet maar Lambert Kreekels wel. Het officiële competitiedebuut van Johan is bij GVAV–Ajax op 15 november 1964.

Helmondia veert op
In het seizoen 1964-1965 laat de club weer van zich horen Het strijd tot het einde toe mee om het kampioenschap. Een prima prestatie gezien het geldgebrek en de eenvoudige kwaliteit. Toch lukt het niet zich met een titel te bekronen.

Hoogtepunten zijn de duels met DFC Dordrecht als beide teams in de race zijn om de eerste plaats van de 2e divisie. Tijdens de thuiswedstrijd staan meer dan 10.000 man langs de lijn. Onderling waren de resultaten in evenwicht, tweemaal 1-2. Uiteindelijk werd DFC in de competitie kampioen. Toch kon een promotie naar de 1e divisie nog door Helmondia worden bevochten. Voor kampioen DFC is het spelen van een nacompetitie moeilijk uit te leggen. De poule bestond uit DFC, Helmondia ’55, Xerxes en AGOVV.
Helmondia startte met een daverende 1-6 uitoverwinning op AGOVV . Er volgde een verdienstelijke 1-1 thuis tegen Xerxes. Als er op neutraal terrein in Breda van DFC gewonnen zou worden dan zou het seizoen magistraal eindigen. Het werd echter een kansloze 0-3 tot grote teleurstelling van de vele supporters.
1965: Helmondia’55 gaat in de uitverkoop
Financieel staan de Helmonders er slecht voor en de beste voetballers moesten worden verkocht. Zoals de veel scorende spits Leo v/d Linden die naar RKSV Sittardia vertrekt en de beloftevolle 22 jarige rechtsbuiten Gerard v/d Kerkhoff die een contract tekent bij Sparta.

Na het seizoen 1966-1967 vinden we de formatie terug op de veertiende plaats van die Tweede Divisie. De club dreigt haar licentie voor het profvoetbal te moeten inleveren. In 1967 trekt de club zich terug uit het betaaldvoetbal en gaat naar de amateurs. De stichting Helmond Sport neemt de proflicentie over. Pas na een paar jaar krijgt Helmondia een eigen veld en accommodatie op een steenworp afstand van Helmond Sport. Voor sommige Helmondianen vormen die eerste jaren als amateurclub de mooiste tijd. De kleine kantine zit stampvol en oud- spelers zetten de jeugdafdeling opnieuw op poten. Al gauw heeft Helmondia, samen met MULO, de meeste jeugdvoetballers van Helmond.
Icoon: Andries (“André”) Hendrik Roosenburg

André Roosenburg is geboren op 18 augustus 1923 te Den Haag. Al jong werd hij ontdekt door ADO waar hij tweemaal landskampioen werd. En omdat betaald voetbal er in Nederland maar nooit van lijkt te komen, gaat Roosenburg in 1949 naar de Italiaanse topclub Fiorentina. De club had er het kolossale transferbedrag van 100.000 gulden voor hem over, nadat de onderhandelingen met het Franse Olympique Nimes op niets waren uitgelopen. In Italië scoort het kanon in 59 wedstrijden 18 doelpunten. Hij is een van de eerste fullprofs en dat heeft hij geweten. Zijn naam is besmet. Roosenburg mag niet meer voor het Nederlands elftal spelen en bij zijn terugkeer in 1953 schorst de bond hem voor anderhalf jaar. In 1954 wordt het profvoetbal in Nederland ingevoerd en dat betekend dat zijn schorsing zal worden opgeheven.

Hij gaat als prof aan de slag bij Helmondia van 1955 t/m 1958. André Roosenburg is het type ‘stormram’. Hij was een beul van een midvoor; meer dan 1 meter 90, voorzien van een keihard schot. Die kwaliteiten brachten hem massa’s doelpunten voor heel veel clubs. Hij is een goede kopper met een neus voor doelpunten. Hij is stoer, agressief en eenvoudig met de bal. André komt tot negen interlands. Hij speelt 807 minuten en maakt één doelpunt. Die treffer maakt hij bij de Olympische Spelen 1948 in Engeland. In Portsmouth wint Oranje met 1-3 van Ierland.
Enerzijds werd hij geprezen om zijn doorzettingsvermogen aan de andere kant werd herhaaldelijk gewezen op zijn beperkte techniek. In het Oranje elftal waren technici als Abe Lenstra, Kees Rijvers en Faas Wilkes zijn ploeggenoten. Een hernia betekende in 1959 het einde van zijn loopbaan, hij was toen pas 36 jaar. Hij zet zijn carrière voort als trainer bij Helmondia’55 en Leeuwarden maar stopt twee jaar later. Op 26 juli 2002 kwam André Roosenburg in Franeker te overlijden.

Clubicoon Lambert Kreekels: Spelverdeler of goaltjesdief ?
Lambert is geboren te Helmond op 28 januari 1945. Hij maakte in 1962 zijn debuut in het 1e elftal van Helmondia’55 tegen B.V.V. uit Den Bosch. In dit elftal stonden zeven spelers die uit de eigen jeugdopleiding kwamen. o.a. Wim van de Berk, Leo van de Linden, Cor Clynck, Wim van Duijnhoven en Ad Frie. De trainers tijdens zijn periode waren: De Rooij , Toon Verbeek, Joek Brandes en Andre Roosenburg.


Lambert heeft een uitgesproken mening over zijn voetbal maatjes: “De Rooij was een echte schoolmeester zonder voetbalachtergrond. Met Toon Verbeek klikte het al niet toen ik nog in de betaalde jeugd speelde. Joek Brandes was een trainer die een barbaarse trainingsmethode had. Wij moesten in de voorbereiding duurlopen van wel zeker 1,5 uur doen en hij zelf fietste met een stok in de hand, en als je niet hard genoeg liep kreeg je een tik. Het was wel een trainer die midden in de groep stond en ook was hij na de wedstrijd niet vies van een biertje. Een paar keer hebben we hem zelfs naar huis moeten brengen.
De resultaten onder Joek Brandes waren voortreffelijk, we eindigden in de regel bij de bovenste vijf. In het seizoen 1964/1965 eindigde we als tweede in 2e divisie B en hebben we nacompetitie gespeeld tegen AGOVV Apeldoorn met een winst van 1-6, Xerxes Rotterdam thuis 1-1, en DFC Dordrecht. Bij Xerxes speelde International Faas Wilkes mee, een van de beste voetballers van Nederland. Tegen DFC thuis was het stadion gevuld met 15.000 toeschouwers. Voor promotie moesten we een beslissingswedstrijd spelen in het stadion van Willem II tegen DFC maar helaas verloren we deze met 0-3. In de goeie periode werd er vaak bij een resultaat door een van de supporters (Jan Driessen) na de wedstrijd wat extra’s uitgedeeld aan de groep, want de verdiensten waren niet hoog. Mijn eerste contract was op jaarbasis 600,- gulden, en hiervan moest ook nog belasting worden betaald “. Voor Lambert Kreekels was het niet de vraag of hij er bij moest werken.

Toen Helmond Sport in 1967 de licentie van Helmondia overnam stapte Lambert ook over. ” Bij Helmond Sport ging ik jaarlijks 3.000 gulden verdienen”. Op de vraag of hij populair was op sportpark De Braak antwoordt Lambert: “Ik denk het niet. Toen ik twee jaar later naar FC Den Bosch ging, vond het publiek dat ik voor het geld koos.”
Lambert kan zich de piepkleine Cruijff van destijds nog goed herinneren. “Ondanks zijn lengte maakte hij grote indruk op mij. Een snotjongen die grote spelers zoals Wim Suurbier en Piet Keizer aanstuurde. Hij deelde de lakens uit op het veld en dat heeft ie heel zijn leven gedaan, zowel binnen als buiten het veld”. Sinds die ene dag is Kreekels fan geworden van de legendarische nummer 14. “Cruijff was weergaloos. Een echte leider. Van 1965 tot 1966 zat ik in militaire dienst in Vught, Kampen en Maarn en speelde ik in het Nederlands Militaire elftal. Daar maakte ik ook kennis met Dick van Dijk die toen nog bij SVV speelde. Andere teamgenoten waren: Heinz Stuy (Telstar later Ajax), Epi Drost van Wageningen en FC Twente, Rob Jacobs en Peter Jacobs van Feyenoord en Cor Stolzenbach van Wilhelmina uit Den Bosch. Ik vond het een heerlijke tijd met dat elftal waarmee we door heel het land onze wedstrijden speelden. De voetbalsport maakte mijn diensttijd heel prettig want eigenlijk had ik een behoorlijke hekel aan de militaire dienst. Na 18 maanden in juli 1966 zwaaide ik af “.
Lambert Kreekels is een begrip op Sportpark De Braak in Helmond. Na een lange carrière als semi-prof, die hij in 1981 afsloot, stonden er 172 doelpunten op de teller. Daarvan maakte hij er 78 voor Helmond Sport, waarmee hij eeuwig topscorer is. Hij dacht niet dat het record ooit verbroken zal worden. ,,Geen enkele speler blijft namelijk nog lang bij één club.” Hij vond zichzelf geen echte goalgetter. ,,Ik was meer een spelverdeler, liet anderen scoren. Spitsen als Leo van der Linden en Cees Schapendonk, maakten er twintig of dertig per seizoen. Ik weet nog dat de topscorer van de week in de eerste divisie drie flessen Martini kreeg van een sportblad. Van der Linden had zijn hele kast vol staan. Daar hebben we met z’n allen van gedronken.” Lambert Kreekels overleed in Helmond op 15 april 2020.
Profvoetbal krijgt een nieuwe kans in Helmond.
Op 27 juli 1967 wordt de proflicentie van Helmondia over genomen door Helmond Sport. Deze nieuwe stichting gaat betaaldvoetbal spelen en Helmondia ’55 gaat naar de amateurs Ruim een week na de oprichting speelt het kersverse Helmond Sport voor het eerst in de semiprofessionele competitie op 20 augustus 1967. Het nieuwe Helmond Sport wordt voor het eerst gepresenteerd aan het publiek in een wedstrijd tegen vv Veendam. Aan de kleuren van de voetballers verandert niets, want ook Helmond Sport gaat spelen in het rood en wit. Daarbij is rood de voornaamste kleur, afgeleid van het Helmonds stadswapen.

Een jaar later, periode 1967/1968, promoveert Helmond Sport naar de 1e divisie na een beslissingswedstrijd in en tegen Fortuna uit Vlaardingen. De 0-1 overwinning werd door een veelbesproken doelpunt van invaller Arie Meeuwsen beslist. Bij het station in Helmond wachtte de ploeg bij terugkeer een ware heldenontvangst. In de vele jaren die volgen blijkt Helmond Sport een degelijke selectie te hebben. Er zijn geen spectaculaire uitslagen maar de club blijkt een prima 1e klasser.

Men probeert de binding met de regio te vergroten door vooral oog te hebben voor jonge aankomende talenten. Op deze zoektocht blijkt slechts 10 procent van de witte raven echt door te breken naar het 1e elftal. In aanloop naar het seizoen 1971/1972 presenteert de club opnieuw verwachtingsvol een reeks van jonge spelers. Zoals de 19 jarige spits van Dijkse Boys, Louis Burhenne maar ook een ervaren 25 jarige aanvaller Ron Lelieveld van De Graafschap. Louis Burhenne is een van de weinige jonge pareltjes die wel doorbreekt. Hij zou als kop sterke spits furore maken met een reeks van doelpunten. Hij staat zelfs nu nog 2e als meest scorende speler van de Rood/Zwarten. Een transfer naar het genormeerde Club Brugge lonkte maar gehechtheid aan zijn familie op woonwagenkamp Stiphout werd een struikelblok.